Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [3]Behoud, o HEERE; want de [4]goedertierene ontbreekt, want de [5]getrouwen zijn weinig geworden onder de [6]mensenkinderen. 3. Of, verlos, te weten, ons, in dezen droevigen toestand. 4. Dat is, [gelijk wij zeggen] liefde en trouw is weg. Van het Het Hebr. woord, zie hfdst.4 vs.4. 5. Het Hebr. woord waarachtig, of getrouw, gelovigen, 2 Sam.20:19; hfdst.31 vs.24, en ook, waarachtigheden, of getrouwheden, dat is, alle getrouwheid of trouw, gelijk Spreuk.14:5, en Spreuk.20:6; Jes.26:2; beide zouden hier kunnen passen. 6. Of, Adamskinderen.